Kennis steeds belangrijker voor groei in export - Nederlandse tuinbouwers exporteren duurzaam gedrag naar Afrika

Nederlandse bloementelers bieden bijvoorbeeld werk en inkomen aan duizenden Ethiopiërs en Kenianen: ook in de hogere managementfuncties. Daarnaast introduceren Nederlanders ondernemers nieuwe productietechnieken en verdienmodellen. Ook zorgen ze indirect voor impact, door lokaal materieel en expertise in te kopen.

Een klein deel van de ondernemers past MVO toe uit een intrinsieke motivatie, een groot deel uit pragmatisch oogpunt. Nederlandse ondernemers voldoen in meerderheid graag aan lokale wetten en regels, ze certificeren hun producten of willen voldoen aan de criteria voor zachte leningen.

Niettemin signaleert de UU ook obstakels voor MVO. Goede intenties blijken geen garantie voor positieve impact. Bedrijven die een positieve impact willen hebben in Afrika moeten volgens de onderzoekers rekening houden met:

  • Wetten en regels die strijdig zijn met MVO. In sommige Afrikaanse landen is het bij wet toegestaan om land van kleine boeren te onteigenen. Ook kennen sommige landen minder strenge milieuwetten dan Nederland.
  • Het ontbreken van lokaal MKB of goede netwerken om Nederlandse expertise aan over te dragen.
  • De moeite die veel lokale leveranciers hebben om te voldoen aan strenge criteria van Westerse keurmerken.
  • Een cultuurkloof in de beleving van MVO. Exportgedreven ondernemers steken vaak veel tijd in productkwaliteit en – veiligheid, maar veel Afrikanen vinden inclusief ondernemen en werkgelegenheid veel belangrijker.


Zie voor meer informatie het rapport The contribution of Dutch and European agro-entrepreneurs to sustainable local development and food security in Africa op de site van MVO Nederland.

bron: MVO Nederland, 22/08/13